Marcel's green soap interview op radar+

Marcel's green soap interview op radar+


Lees nu het interview met marcel op radar+. Wekelijks spoelen we 4 miljoen liter chemisch schoonmaak- middel door het afvoerputje, en belanden er 4 miljoen plastic flessen op de afvalberg. Nergens voor nodig, vond Marcel Belt. Hij begon het ‘groene’ merk Marcel’s Green Soap.

Hoe is Marcel’s Green Soap ontstaan?

‘Ik heb lang bij Unilever en Reckitt Benckiser gewerkt – twee grote producenten van schoonmaakmiddelen, waar de focus vooral op prijs en gebruiksgemak ligt. Dat het ook anders kan, met meer respect voor het milieu, begon ik me te realiseren door mijn bezoeken aan de Verenigde Staten. Omdat mijn schoonfamilie daar woont, kom ik er regelmatig en bezoek dan altijd supermarkten, een vorm van beroepsdeformatie. Al een jaar of tien geleden viel het me op dat daar leuk uitziende en lekker ruikende duur­zame schoonmaakproducten in de schappen stonden, en dat het er almaar meer werden.’

Hier zie je voornamelijk het merk Ecover in de winkel.

‘Ja, in vergelijking met Amerika is in Nederland nog altijd weinig verantwoords verkrijgbaar. Omdat ik voor mezelf wilde beginnen, besloot ik daarom een eigen ‘groene’ lijn in de markt te zetten. Maar ook omdat mijn affiniteit met milieuvriendelijke schoonmaakmiddelen groeide. Dat heb ik mede te danken aan mijn drie kritische tienerdochters. Met hen discussieerde ik geregeld aan de keukentafel over onderwerpen als vegetarisch eten en afval scheiden. Zij hebben me geïnspireerd.’

Hoe erg vervuilen we de wereld eigenlijk met onze poetsproducten?

‘Elke week spoelen we met z’n allen 4 miljoen liter chemisch schoonmaakmiddel door de gootsteen. Jaarlijks belandt er dus ruim 200 miljoen liter in het milieu, plus al het plastic van de flessen. We hebben een klein chemisch fabriekje in onze gootsteenkastjes. Naast al die schoonmaakmiddelen gebruiken we ook ammoniak en chloor, vaak voor eenvoudige vlekken. Van bijvoorbeeld kalkaanslag hebben we eigenlijk weinig last; het Nederlandse kraanwater is tamelijk zacht. Toch nemen we agressieve middelen, die je buiten het bereik van kleine kinderen dient te houden en absoluut niet op je huid moet krijgen. Daar word ik niet blij van. Net zomin als van het feit dat je tegenwoordig al voor 50 cent bij Action een schoonmaakmiddel kunt kopen. Het moet almaar goedkoper, zo krijg je natuurlijk rotzooi.’

Welke producten ben je gaan produceren?

‘Samen met een ex-collega van Unilever heb ik met eigen geld vier schoonmaakmiddelen ontwikkeld die niet, zoals de meeste producten bij de supermarkten, op aardolie zijn gebaseerd. Mijn handzeep, afwasmiddel, allesreiniger en schoonmaakspray staan bol van de natuurlijke zeep en bevatten geen schadelijke stoffen als chloor en ammoniak. Daardoor zijn ze voor 99 procent biologisch afbreekbaar. Daarbij was ik de eerste ‘zeepboer’ met flessen van 100 procent ­gerecycled plastic. Begin dit jaar werd ik daarom genomineerd voor een duurzaamheidsprijs van de Nederlandse verpakkingsindustrie. Dat doet me meer dan 1 procent marktaandeel erbij.’

‘Het moet almaar goedkoper, bij Action koop je voor 50 cent al een schoonmaakmiddel, zo krijg je natuurlijk rotzooi’

Maar 99 procent afbreekbaar, betekent dat 1 procent het milieu belast.
‘Dat klopt, ik beweer dan ook niet dat ik de allerduurzaamste ben. Ik richt me op het ‘lichtgroene’ segment: ongeveer 40 procent van de consumenten die weleens een ecologisch schoonmaakmiddel koopt, maar daarna vaak weer terugvalt op merken als Dreft en Ajax. Een merk als Ecover, dat nogal serieus overkomt, is uiteindelijk niet aan hen besteed. Dat wordt gekocht door de 5 procent ‘donker­groene’ huishoudens. Om die lichtgroene categorie over de streep te trekken, heb ik ervoor gezorgd dat mijn producten, die net zo goed schoonmaken, er aantrekkelijk uitzien en heerlijk ruiken. Daarmee zetten consumenten toch een stap in de goede richting.’

En hoe loopt Marcel’s Green Soap?

‘Ik ben nu ruim een jaar bezig en heb inmiddels 500 verkooppunten, onder meer bij ‘groene’ winkel­ketens Marqt en Ekoplaza. Dit jaar verwacht ik 300.000 flessen te verkopen. Over een jaar of drie moeten dat er 1 miljoen zijn. Tegen die tijd kan ik er goed van leven. Nu is dat nog niet het geval. Ik teer in op mijn spaargeld, maar krijg er veel voor terug. Lol in mijn werk en meer tijd voor mijn dochters. Grote bedrijven betalen goed, maar slokken je op. Bij Unilever kom ik overigens weer over de vloer. Ze wilden weten hoe ik het had aangepakt. Dat vertel ik graag. In mijn eentje kan ik de markt niet veranderen. Daar zijn ook multinationals voor nodig, die echt stappen moeten gaan maken. Over een paar decennia is de aardolie immers op.’

Wat zijn de toekomstplannen?

‘Deze zomer kom ik met nieuwe producten: een was­middel, vaatwastabletten en een wc-reiniger. En daar blijft het niet bij. Ik verwacht zeker dat de vraag naar verantwoorde schoonmaakmiddelen zal groeien. Over pakweg twintig jaar zijn die gemeengoed. Aan andere sectoren, zoals de voedingsmiddelenbranche, zie je dat die ‘groene’ beweging onomkeerbaar is. Daar gaat het alleen sneller, omdat mensen wat ze in lichaam stoppen nou eenmaal belangrijker vinden dan wat we op de vloeren smeren. Verder wil ik een alternatief vinden voor de palmolie in mijn producten. Die is weliswaar duurzaam en RSPO-gecertificeerd, maar komt uit corrupte landen als Indonesië. Daar kun je dus toch je vraagtekens bij zetten. Daarom ben ik aan het onderzoeken of mijn zeep van bijvoorbeeld lijnzaadolie of zelfs afgedankt frituurvet kan worden gemaakt.’

Bron: https://www.radarplus.nl/article/1409/Schone-zeep

 

Terug naar het overzicht

Shop gerelateerde producten